MENU

ChroNoct: digitale innovatie in gezondheidsmonitoring voor ouderen

Chronoct In4care

Het ChroNoct-project ontwikkelt een gebruiksvriendelijk digitaal platform dat ’s nachts vitale functies op afstand monitort met radargebaseerde, contactloze technologie van Sleepiz. Het doel is om chronische ademhalingsstoornissen bij ouderen beter te voorspellen, diagnosticeren en opvolgen, en zo bij te dragen aan slimmere, digitale zorg.

Gebruikersonderzoek en testen met Sleepiz One+

De afgelopen maanden namen 12 potentiële gebruikers deel aan focusgroepen. Daarnaast spraken we met drie personen in diepte-interviews en lieten 108 deelnemers de ChroNoct-vragenlijst invullen. Twintig eindgebruikers testten het Sleepiz One+ apparaat twee weken lang thuis uit. In totaal gaven meer dan 140 mensen – waaronder 60-plussers, mantelzorgers, zorgverleners en artsen uit België, Denemarken en Zwitserland – hun waardevolle feedback tijdens de pre-deployment fase van het project.

Doelstellingen van de pre-deploymentfase

Met de focusgroepen, interviews en vragenlijsten brachten de onderzoekers de gebruikersbehoeften rond gezondheidsmonitoring op afstand in kaart. We analyseerden hoe ouderen en zorgprofessionals vandaag hun gezondheid opvolgen en welke uitdagingen ze daarbij tegenkomen. De eerste gebruikerstesten gaven inzicht in de bruikbaarheid van het Sleepiz One+ apparaat en leidden tot waardevolle bevindingen.

Deze resultaten leggen de basis voor de verdere ontwikkeling van een contactloos monitoringsplatform dat ’s nachts vitale gezondheidsparameters meet met radartechnologie.

Eerste inzichten uit gebruikersfeedback

De feedback van eindgebruikers is sterk uiteenlopend. De meeste deelnemers zien gezondheidsmonitoring als iets positiefs, omdat het hen meer veiligheid en controle geeft. Anderen daarentegen maken zich zorgen over privacy of vinden de technologie nog te complex. Over het algemeen krijgt thuis monitoren duidelijk de voorkeur boven monitoring in een ziekenhuisomgeving.

De ideale monitoringtool is volgens gebruikers discreet en wordt sneller aanvaard wanneer er een duidelijke medische noodzaak bestaat. Daarnaast verschilt de wens om zelf resultaten te bekijken of waarschuwingen te ontvangen sterk van persoon tot persoon.

Ook artsen gaven hun visie op de technologie. Zij verkiezen een duidelijk overzicht van de patiëntstatus, aangevuld met toegang tot ruwe data via een webplatform of app. Bovendien vinden ze het waardevol om zuurstofsaturatie, bloeddruk, ademhalingsfrequentie en symptomen te kunnen volgen. Waarschuwingen op basis van betrouwbare algoritmes beschouwen ze als nuttig, maar benadrukken dat deze altijd gevalideerd moeten worden door zorgprofessionals.

Samengevat toont de feedback dat zowel gebruikers als artsen het potentieel van digitale gezondheidsmonitoring erkennen, maar dat vertrouwen, gebruiksgemak en privacy cruciaal blijven voor een brede acceptatie.

Ervaringen met het Sleepiz One+ apparaat

Gebruikers waren aangenaam verrast door het aantal vitale parameters dat het Sleepiz One+ apparaat kan meten zonder fysiek contact. Het plug-and-play systeem bleek makkelijk te installeren en intuïtief te gebruiken. Daardoor konden deelnemers het toestel snel in hun dagelijkse routine integreren.

Toch kwamen tijdens de testperiode ook enkele verbeterpunten naar voren. Zo willen gebruikers zelf kunnen controleren of het apparaat correct werkt. Daarnaast vrezen sommigen dat ze ’s nachts over het toestel kunnen struikelen of vinden ze het storend overdag in de slaapkamer. Ten slotte vroegen verschillende testers om een duidelijker rapport, met meer uitleg en context over de gemeten gegevens.

Next steps:

De verzamelde feedback wordt door het ChroNoct projectteam gebruikt om het Alpha prototype verder te ontwikkelen. Dit is de volgende stap op weg naar het creëren van een gebruiksvriendelijk platform voor vroege voorspelling, behandeling en diagnose van chronische ademhalingsstoornissen bij oudere volwassenen. We kijken alvast uit naar de volgende testfase later dit jaar.

To be continued!  

Partners:

*Het ChroNoct project wordt uitgevoerd in het kader van het AAL-programma, dat medegefinancierd wordt door de Europese Unie en de nationale financieringsinstanties in België, Zwitserland en Denemarken.

Mogelijks relevante artikels